Logopedie
Stem
Nogal wat beroepssprekers (zoals leerkrachten, zangers) krijgen in hun loopbaan te maken met stemstoornissen. De logopedist begeleidt de cliënt in het afleren van het foutieve stemgedrag en het aanleren van het juiste stemgedrag. Is er sprake van een stemplooiverlamming, dan kan logopedie het herstel gunstig beïnvloeden. En na operatief verwijderen van de stembanden bij strottenhoofdkanker, dan kan de logopedist de patiënt weer leren spreken met een stemprothese.
Spraak
We spreken van spraakstoornissen wanneer spraakklanken weggelaten, vervangen of vervormd worden. De bekendste spraak(articulatie-)stoornissen zijn lispelen en het niet kunnen uitspreken van de [r]. Ook meervoudige articulatiestoornissen komen voor, waarbij meerdere klanken worden weggelaten, vervangen of vervormd. Wanneer een kind in zijn spraakontwikkeling duidelijk achter ligt bij het gemiddelde van zijn leeftijdgenoten, spreken we van een vertraagde spraakontwikkeling. Logopedie kan uitkomst bieden.
Taal
De taalontwikkeling verloopt volgens verschillende stadia die een vast patroon hebben. Bij sommige kinderen verloopt dit vertraagd of afwijkend. Bij een taalstoornis gaat het zowel om de ontwikkeling van de taalvorm (verbuigingen en vervoegingen en de zinsbouw), als de taalinhoud (woordenschat) als het taalgebruik. Soms bestaat er ook een verband met hyperkinetisch gedrag en stoornissen in de aandacht en de concentratie. Ook kan het voorkomen dat de taal zich niet normaal ontwikkelt ten gevolge een verstandelijke handicap, een gehoorstoornis of een psychische stoornis. In die gevallen spreken we van een secundaire taalontwikkelingsstoornis.
Slik
Bij slikstoornissen gaat het bij kinderen meestal om eet- en drinkstoornissen. De spieren die nodig zijn om te zuigen, af te happen, te kauwen, te drinken en te slikken zijn niet onder controle. Daarom verslikken deze kinderen zich regelmatig en spugen ze veel. De spieren die nodig zijn voor afhappen, kauwen en slikken zijn dezelfde spieren die nodig zijn voor de spraak. Bij volwassenen kunnen slikstoornissen ontstaan na hersenletsel, aandoeningen van het zenuwstelsel of na operatief ingrijpen in het hoofd- of halsgebied.
Gehoor
Communiceren en spreken zijn moeilijk als je niet goed hoort. De logopedist kan onder meer ingeschakeld worden bij de volgende taken: gehoorscreening, trainen van het spraakafzien (liplezen), begeleiden van de spraak- en taalontwikkeling bij jonge kinderen met een aangeboren of vroegtijdig verworven gehoorstoornis.
Mondgedrag
Afwijkende mondgewoonten zijn gewoonten die een negatieve invloed hebben op de stand van de tanden, de ontwikkeling van de kaken, het spreken, het gehoor en de algemene gezondheid. Uit gewoonte (habitueel) mondademen, slikken met de tong tegen of tussen de tanden, liplikken, nagelbijten, duimen en vingerzuigen (en spenen) zijn voorbeelden van afwijkende mondgewoonten.